Voor ons is elke stad, elk park, ja, elk punt ter wereld, een Gent. Voelen we ons misschien niet voortdurend belegerd? En is niet ieder van ons een stad, een kasteel, langs alle kanten belegerd?
DUNCAN, ANDREAS
(Amsterdam, 1765 - Gent, 13.08.1834)
Kunstschilder en dichter die zich in 1794 te Gent vestigde, eerst in de Theresianenstraat, later in de Burgstraat waar hij goed bevriend raakte met kunstschilder Jan Pattyn. Hijzelf schilderde stadsgezichten, landschappen en stillevens.
Hij was lid van de Maatschappij van Rhetorica en van het Taal- en Letterkundig Genootschap, tevens medewerker aan de tijdschriften het Nederduitsch letterkundig jaerboekje en de Belgische Muzenalmanak.
Hij schreef Dichtoffer aan de verlossers van Nederland (1815), gedicht op de nederlaag van Napoleon te Waterloo, Coupletten (1815) gezongen in de Gentse Maetschappy van Rhetorica ten voordele van de gekwetste militairen en Artaxerxes : treurspel (1824, een vertaling uit het Frans, naar de toneelauteur Franse Etienne Delrieu (uit 1808).
[Daniël van Ryssel & redactie Literair Gent]
Over A. Duncan:
- J[ohannes].G. Frederiks en F.J[osef] van den Branden: Woordenboek der Noord- en Zuidnederlandsche letterkunde (1892), p. 220-221
- Daniël van Ryssel: Andreas Duncan, in: Daniël van Ryssel: 55 vergeten Gentse schrijvers (2008), bijdrage, bedoeld voor internet, www.gentblogt.be
- [Andreas] Duncan: Artaxerces, zie op internet: http://books.google.be/books?id=yQMUAAAAQAAJ&printsec=titlepage&source=gbs_summary_r&cad=0#PPP9,M1